Lief huis

Vandaag heb ik afscheid van je genomen.  Ruim 12 jaar geleden kocht ik je. Door een scheiding moest ik verhuizen. Ik zocht een huis dichtbij mijn oude huis, zodat de kinderen wanneer ze wilden van het ene naar het andere huis konden gaan. Jij lag 1 straat verder. Ik weet nog dat ik je niet echt super vond.

Kleine woonkamer, ieniemienie tuintje en boven geen wc. De kinderen zouden niet allemaal een eigen slaapkamer hebben, op de zolder moesten ze met 2-en slapen. Maar ik kon je betalen en besloot jou te kopen omdat je de beste keuze was, sowieso voor de kinderen.

Na de overdracht bij de notaris ben ik naar je toe gereden. Eenmaal binnen kwamen de tranen. Zie mezelf nog op de trap zitten. Voor me een spiegel tegen de muur waarin ik mezelf zag. Een hoopje verdriet. Verdriet om de scheiding, verdriet omdat het zo moest gaan, verdriet om de kinderen omdat hun leven voortaan zo anders zou zijn. En er was ook angst. Zou het me gaan lukken om alles in mijn eentje te runnen? Zou ik het financieel gaan redden? En hoe zou ik alles gaan combineren?

Er waren momenten dat ik je vervloekte. 4 kinderen, soms zelf nog met vriendjes erbij en een hond maakte dat het erg vol was. Ik miste ruimte, een plek voor mezelf. Mijn werk bij Jeugdzorg was zeer intensief. Ik maakte lange dagen en werkte ook met regelmaat in het weekend. Dit in combi met de kinderen, de hond en het huishouden was veel. Heel veel. Vaak heb ik me schuldig gevoeld. Deed ik de kinderen niet tekort? Deed ik de hond niet te kort?  Ik wilde het zó graag goed doen.

2 jaar nadat ik je kocht verhuisde ik samen met de kinderen naar Eindhoven. Naar een groter huis waar we met 9 personen (2 volwassenen en 7 kids) gingen wonen. Een droom, daar zouden we met z’n allen gelukkig zijn. Jij ging in de verkoop maar het liep anders dan ik had verwacht. Er kwam af en toe wel een kijker, maar kopen deden ze niet. Ik zakte een paar keer in prijs en stopte zelfs Jozef (uit de Kerststal) op z’n kop voor de voordeur in de grond. Dit laatste zou helpen werd me gezegd. Nou, Jozef heeft er jaren gezeten maar niets hielp. Gelukkig kon ik je verhuren en in die 5 jaren zijn er verschillende mensen geweest die in jou hun thuis hebben gemaakt.

Tot ik 4 jaar geleden besloot om terug te gaan naar jou. Wat was ik blij dat je nog niet verkocht was. Ik kon terug naar mijn veilige plek. Het voelde meteen weer vertrouwd.  De oudste 3 kinderen vlogen uit, de jongste bleef met mij en Saar achter.

Inmiddels is er veel veranderd. Ik ga je weer verlaten. Ik kies ervoor om te gaan samenwonen met mijn lief. Hoewel ik deze keuze heel bewust heb gemaakt en me er goed bij voel, doet het toch pijn om jou los te laten. Je weet, loslaten is niet mijn ding… De dingen waar ik voorheen van baalde zijn de afgelopen jaren mij heel dierbaar geworden.  Het oude bankje in de tuin waar ik ‘s zomers in de avondzon kon zitten. Genietend van de warme zon, soms met een boek, soms met een glaasje wijn.  Het hoekje van de zitbank, in de winter onder een dekentje. Met de kaarsjes aan was ik dan volmaakt gelukkig. Mijn bed waar ik al liggend een geweldig uitzicht had op de lucht. Vele mooie luchten heb ik bewonderd. En al starend naar de kerktoren viel ik in slaap.

Ik ben dankbaar. Dankbaar dat ik in jou mocht wonen. Dankbaar dat je me die veilige haven hebt geboden. Een plek waar mijn kinderen konden opgroeien. Een plek waar ik heb genoten en waar ik heb gehuild. Waar ik heb geworsteld, heb geleerd en waar ik ben gegroeid.

Dank je. ♥️