Een mes in mijn hart

Op de tafel staat een aantal poppetjes.
Ze pakt het poppetje van haar vader en die van haar moeder en zet ze nog wat verder uit elkaar.
Dan draait ze de hoofdjes opzij waardoor de poppetjes elkaar niet meer aankijken. En dus ook niet meer naar hun kind kijken.

Ze kijkt naar het beeld en ik zie dat ze het moeilijk heeft.
Het poppetje wat voor haarzelf staat, staat in het midden.
Dan pakt ze weer het poppetje van haar vader vast en draait ‘m om.
Met de rug naar moeder toe.
Hetzelfde doet ze met het poppetje van haar moeder.
Ondertussen rolt er een traan over haar wang.

Later vertelt ze over de pijn. Het verdriet wat ze dagelijks voelt omdat haar papa en mama niets met elkaar te maken willen hebben. “Het voelt als een mes in mijn hart, zegt ze”.